Opa van alle kleinkinderen


Het was de eerste dag van de Klimaatweek, en ook de laatste dag van oktober, ik had mijn lange broek thuis kunnen laten en in korte broek de deur uit kunnen gaan. De zon scheen, het was wat men noemt mooi weer.
Dat was precies wat een vriend die ik onderweg naar niets bijzonders tegenkwam tegen me zei: mooi weer, hè, om er meteen schuldbewust aan toe te voegen, dat het eigenlijk helemaal geen mooi weer was.
Volgde een gesprek over smeltende ijskappen en stijgende zeespiegels. Met wat voor puinhoop zadelen wij onze kinderen en kleinkinderen op?
Dat laatste bedoelde mijn vriend overdrachtelijk, hij heeft zelf geen kinderen. Ik heb een zoon en ben opa van een kleinkind van tweeënhalf.
We vervolgden ieder onze weg en ik vroeg me af of ik me evenveel zorgen om het klimaat en het milieu zou maken als ik geen opa zou zijn. Zeker weten doe ik het niet, al hoop ik het wel, dat ik ook zonder kleinkind opa zou zijn, opa van alle kleinkinderen.