april 2016
Waarin mijn verhaal over Jaap, Nel en Kleine Kees, drie kinderen in de Hongerwinter, stil kwam te liggen. Deze week heb ik voornamelijk gelezen. Ik las voor uit eigen boek (Keizer en de
knikkervis), ik las uit andermans boek (Die Mittagsfrau van Julia Franck) en in Gent las ik een gedicht en drie anonieme muurschriften:
Blijf geloven in de liefde, LEER,WERK, STERF en ge zijt hopeloos alleen.
Het gedicht met foto, in een plastic hoesje, vastgemaakt aan een bankje, is een ode aan een overleden leerkracht: Hier zat je
Hier zat je
Tussen twee lesuren door
Altijd het beste met je leerlingen voor
Hier zat je, het korps St. Joris achter jou
Regen, zon, warm of kou
Hier zat je klaar
Als onze favoriete leraar
Hier zat je goed
Met kennis en liefde in overvloed
Hier zat je na het etentje met de klas
Een tikkeltje te diep in het glas
Hier zat je, sigaretje in de rechterhand
Zo kwamen veel boeiende gesprekken tot stand
Hier zat je gepassioneerd
We beloven dat je klas in zijn geheel afstudeert
Zo vervullen we je wens
Meneer u was een pracht van een mens
Daar zit je nu te stralen
We voelen je warmte neerdalen
Daar zit je vredig
Maar zonder jou is St. Joris niet volledig
Je blijft bij ons in gedachten
Jouw eeuwige glimlach doet de pijn verzachten
Meneer, hopelijk komen we elkaar ooit weer tegemoet
Want we hebben de verbetering van onze boekbespreking nog tegoed
Waarin verhalenmaker Patz van der Sloot in het voormalig postkantoor op de Neude in Utrecht in het kader van de verkiezing van Het Belangrijkste Boek een pleidooi hield voor
avontuurlijke jongensboeken en daarbij The dangerous books for boys van Hal Iggulden omhooghield.
Het was bedoeld als knuppel in het hoenderhok, helaas voor Patz was er geen hoenderhok.
Ik heb weinig op met Echte Jongensboeken, het zijn meestal slecht geschreven boeken en of echte jongens er door aan het lezen gaan? Ik weet het niet.
Echte jongens stoken vuurtje, bij voorkeur van kinderboeken.
Waarin er in Sir Edmund van de Volkskrant zowaar weer eens een recensie van een kinderboek stond. Dit keer over Pien en de spoken van Myrthe van der Meer, schrijfster van de romans
PAAZ en UP, een kennelijk zo’n belangrijk boek dat Arjan Peters de recensie niet toevertrouwde aan jeugdboekenrecensent Pjotr van Lenteren.
Peters schrijft dat Van der Meers kinderdebuut, waarvoor zijzelf ook de illustraties maakte, ‘er al even charmant-zelfgemaakt uitziet als de aangenaam-afwijkende omslagen van haar
romans.’
Het boek krijgt van Peters vier van de vijf sterren. Ik geef zijn charmant-helemaal-zelfgeschreven recensie één ster. Voor de moeite.