Huisarts Dit was de week -15

juni 2016
Waarin ik op bezoek was bij mijn huisarts van toen ik nog thuis woonde, in Loosduinen. Hij is oud geworden, natuurlijk is hij oud geworden, hij is 85 inmiddels en leeft in blessuretijd. Hij had De zee zien gelezen en mij in een brief laten weten er 'buitengewoon van genoten' te hebben. Of we niet eens konden afspreken. 
We praatten over mijn ouders, over mijn vader die krom lag voor zijn gezin van acht kinderen, eerst als tuindersknecht, later bij de plantsoenendienst. Wij moesten het beter krijgen en we kregen het beter.
‘Je vader had meer in zijn mars, maar jullie kwamen op zijn pad en daarvoor heeft hij de verantwoording genomen.’ Mijn vader is jong gestorven, longkanker, in een tijd ver voor de Alpe D’HuZes en niemand nog de naam van de ziekte voluit durfde uit te spreken. Er werd volstaan met het fluisterend uitspreken van de eerste letter, niet tegen de patiënt, maar over de patiënt:  hij heeft K. 
Zo niet onze huisarts, die zijn motto Compassie met Distantie voorbeeldig in praktijk bracht en mijn vader eerlijk heeft verteld hoe het er met hem voorstond. Slecht.
Hij heeft hem vervolgens keurig voor de poort van de hemel afgeleverd, zoals hij ook jaren later mijn moeder op haar sterfbed heeft begeleid. Het maakte hun dood niet minder erg, maar hij verzachtte het sterven wel. Ik had als cadeautje voor mijn oude huisarts een exemplaar meegenomen van De Vuurtoren, dat leek me wel toepasselijk, een prentenboek voor alle leeftijden over leven en dood, over  generaties die gaan en komen.
Ik kon het boek weer mee terug naar huis nemen. De dokter liet me zijn boekenkast zien, daar stond De Vuurtoren, tussen een aanzienlijke rij van mijn andere boeken.