Kinderboekenweek 2017: Aleks en Linde

oktober 2017
Het was een vrolijke chaos afgelopen zondag bij DAAR , flexwerkplek in Utrecht van onder andere vormgeefster Leentje van Wirdum. Annette en ik werken graag met haar samen, ze is niet alleen aardig maar ook heel goed, een eeuwigfijne combinatie.
Het regent zonlicht, een prentenboek met gedichten en een cd, was ons eerste boek dat ze vormgaf en ik herinner me nog dat ze met allerlei soorten papier aankwam en ons vroeg op welk papier wij ons werk het liefst gedrukt zagen. Dat hadden we nog nooit meegemaakt.
Destijds werkte Leentje nog in vaste dienst bij Lemniscaat, nu werkt ze flex als zzp’er in Utrecht en heeft ze ons gevraagd om in de Kinderboekenweek in hun werkruimte te komen voorlezen, vertellen en tekenen. 
Er kwamen ruim vijftig mensen opdagen, volwassenen en kinderen, waarvan Aleks, een meisje van ik schat vijf jaar, halverwege ons optreden de show stal. Ik zong Zakdoekje leggen, een liedje uit De Liedjesalmanak waarop Aleks opsprong en zei dat ze ook een herfstliedje kende. Een liedje over bomen in de wind en vallende blaadjes.
Voor ze ging zingen oefende ze eerst met het publiek de bewegingen die bij haar liedje horen. Ze stak haar armen in de lucht en begon ermee te zwaaien van links naar rechts. Ze kreeg iedereen mee en in een mum van tijd veranderde de flexplek in een winderig herfstbos. 
Minstens zo goed als Aleks was later op de dag Linde, leerling van  groep 8 van de Krullevaar. Zij interviewde mij over Naar het noorden, maar vooraf vertelde ze wat ze van het verhaal vond: ‘Het was een heel mooi verhaal, en ook droevig, maar het was vooral zo echt, alsof je zelf in de Hongerwinter zat.’
Ze zei ook nog dat het verhaal spannend was, dat ze benieuwd was hoe het verder ging en daarom steeds door wilde lezen.
Ik moest meteen denken aan Volkskrantrecensent Pjotr van Lenteren, hij vond Naar het noorden niet spannend. Waarschijnlijk heeft hij een oppervlakkiger invulling van het begrip spannend en hadden er meer dooien moeten vallen, da’s pas oorlog.
Tja.