oktober 2019
De Kinderboekenweek 2019 begon goed met het Kinderboekenbal-nieuwe-stijl in het Muziekgebouw aan het IJ in Amsterdam. Voor het eerst zonder kinderen. Een verademing. Vinden met mij vele
collega-schrijvers en illustratoren dat, op een enkeling na.
Zo liet Jozua Douglas in Trouw weten:
“Echt een gemis dat er geen kinderen meer rondlopen op het Kinderboekenbal. Zij horen daar juist centraal te staan. Dankzij hen werd zo’n avond afwisselend. Als je rustig met een collega
wilde praten, ging je gewoon even naar boven. Ik ben bang dat het nu een grote-mensenfeestje wordt: klappen voor collega’s die prijzen winnen.”
Drie keer is er geklapt, voor Gideon Samson (Gouden Griffel voor Zeb.), voor Yvonne Jagtenberg (Gouden Penseel voor Mijn wonderlijke oom) en voor Ted van Lieshout (Boekensleutel voor Ze gaan er met je neus vandoor).
Voorafgaand aan de uitreiking van de prijzen was er in een (iets te lang) programma met ruim en inhoudelijk verantwoorde aandacht voor Tekst en Illustratie, en voor alle winnaars van de Zilveren
Griffels en Penselen. En dan waren er ook nog Yentl & de Boer. Zij zongen:
Ik weet allang, ik kan klimmen naar de maan
En dat ik monsters kan verslaan
Vlieg met me mee naar dat plekje in het bos
Ik ben de kapitein en gooi de trossen los
Achter mijn kast, daar is een groot en magisch feest
Alles wat je leest, daar ben je geweest
De dag erop liet ik me onderweg van Den Haag Centraal naar Loosduinen op een klimaatneutrale OV-fiets zeiknat regenen en stond ik nog niet helemaal opgedroogd om half 9 op een tafel op het
schoolplein van de Koos Meindertsschool in Den Haag, waar ik aantal gedichten voorlas over o.a. een big in de bus, een Rus in de trein en de chauffeur van lijn 11.
Kosie van Tutte zat laatst te dutten
Achter het stuur van lijn 11
Iene Mien Mutte zei Wel goeie grutten,
De tram rijdt vanzelf!
Mijn Kinderboekenweek was begonnen.