Stapelbedbroers, Hoogland & Van Klaveren 2021


Historische jeugdroman over de stapelbedbroers Henk en Rocco, die zich afspeelt in 1969, het jaar van de maanlanding.  Henk houd van lezen en leren, Rocco is gek op voetbal. Langzaam groeien de broers uit elkaar tot Rocco een ernstig ongeluk krijgt.
Een verhaal over twee broers die opgroeien in een volksbuurt, in warm arbeidersgezin, verteld door Henk, de oudste van de twee. Hij wil hogerop, maar kan dat wel, een kwartje worden, als je voor een dubbeltje geboren bent?

Recensies:
- Een nostalgisch tijdsdocument en een liefdevolle ode aan een broertjesband.
(Joukje Akveld, Het Parool, 9 oktober 2021) 
 

- De broederliefde is hartverwarmend (…)Knetterend trefzeker proza (...) een treffend tijdsbeeld. (Trouw)

- Stapelbedbroers is een mooi familieportret en een fraaie beschrijving van een boeiende tijd waarin grote maatschappelijke veranderingen zich aankondigen. De dialogen die Koos Meinderts schrijft zijn geweldig, vooral als de ‘stapelbedbroers’ aan het woord zijn. Prachtig boek. (Waan en wijs) 

- (...) de taal van Meinderts staat meteen al in de eerste zin in de fik. Het maakt niet uit dat er weinig gebeurt, het is de manier waarop er weinig gebeurt, die maakt dat het boek nog twee keer zo dik had mogen zijn. Waren alle historische kinderboeken maar zo onderhoudend. (De Volkskrant) 

- Een kabbelend verhaal over twee broers met verschillende toekomstplannen dat zich in 1969 afspeelt. (Pluizuit) 


- Behalve een knap tijdsdocument is Stapelbedbroers vooral een warm portret van een gezin dat ondanks problemen elkaar weet te vinden. En van twee broers die elkaar soms het leven zuur maken maar toch onvoorwaardelijk van elkaar houden. Of zoals Henk het zelf zegt: ‘Met niemand kon ik zo fijn ruziemaken als met mijn broertje.’
 (Boekenkrant)


- Familieverhaal en tijdsbeeld ineen, met de leesgrage Henk (in het bovenbed) die zich een poëtisch beeld permitteert. Wat hij nou een mooi geluid vindt, is de dynamo op zijn fiets: 'Ik kwam een keer thuis van de training, wanneer weet ik niet meer, lang geleden, het mistte en het was stil op straat, het enige wat ik hoorde was het draaiende wieltje van mijn dynamo tegen de voorband van mijn fiets. Het klonk als...zingen, ja, zo klonk het. Zingen in de mist.' Antwoord van Rocco (uit het benedenbed): 'Zullen we nu mooie meisjes doen?'
 (Facebookpagina, Arjan Peters)  


- Een prachtig realistisch verhaal over de onlosmakelijke band tussen twee broers uit een Haags arbeidersgezin in de jaren 60 (Leesclub van alles)

- Uitermate knap weet Koos Meinderts de relatie tussen de twee broers te beschrijven. (Friesch Dagblad)

 

-Stapelbedbroers bestaat uit een rijk amalgaam van kleine en grote gebeurtenissen uit het leven van beide broers en wordt zorgvuldig opgebouwd naar de grootste climax toe. Echt veel grote gebaren of dure woorden heeft Meinderts daarbij niet nodig om een beklijvend portret te schrijven. Net de eenvoud in taal en stijl overtuigt. De snedige dialogen tussen de broers, afgewisseld met humoristische intermezzo’s en spitsvondige scheldwoorden passen perfect bij de setting. Tegelijkertijd is de roman bijwijlen ook beeldrijk (...) (Tzum)

- Meinderts komt jammer genoeg te weinig los van de anekdotiek en de (vaak hilarische) grappen. De jongen van toen en de schrijver van nu zitten elkaar in de weg. (JaapLeest) 

 

- Dat Meinderts overtuigend een brug slaat tussen de maatschappij van toen en die van nu maakt zijn historische verhaal verrassend actueel. De literaire kracht van Stapelbedbroers zit ‘m echter in de treffende manier waarop hij de hechte band tussen Henk en zijn broertje Rocco beschrijft. (...) Die broederliefde klinkt prachtig door in hun stapelbedgesprekken in het donker: meesterlijke, anekdotische dialogen over meisjes en muziek, maar ook over de oneindigheid van het heelal, of niets iets betekent en wat er mooi is. (NRC online) 

 


- Al in de eerste alinea vermoed je dat er in de loop van het boek iets ergs zal gebeuren. Daar wordt doorheen het verhaal langzaam naar toe gewerkt. De vele dialogen zorgen voor de vaart. De rode draad doorheen het hele boek is de goede verstandhouding tussen de twee broers. Ze kibbelen heel vaak, maar als het erop aankomt gaan ze voor elkaar door het vuur en is hun broederliefde onvoorwaardelijk.
 (LeesWijzer)